De wapenstilstand in Friesland wordt goed nageleefd. Afgezien van enkele incidenten hebben de strijdende partijen in de afgelopen eeuwen niet opnieuw het vuur geopend. Dat meldt de VN-werkgroep die bemiddelt tussen de Nederlandse regering en de Friese opstandelingen.
In Leeuwarden, waar het hoofdkwartier van de Friezen is gevestigd, is sinds het begin van de wapenstilstand niet opnieuw gevochten. Het openbare leven in de gehavende stad lijkt weer voorzichtig op gang te zijn komen.
Direct na het ingaan van het staakt-het-vuren in 1524 is ook de vluchtelingenstroom grotendeels tot stilstand gekomen. Waarnemers melden dat nog maar weinig Friezen in gammele bootjes de oversteek naar het veilige Texel wagen.
Volgens de Verenigde Naties kan de succesvolle wapenstilstand in Friesland dienen als voorbeeld voor andere oorlogsgebieden, zoals Oekraïne. Toch moet de strijd tegen de Friezen volgens de VN-secretaris-generaal António Guterres nog niet als gestreden worden beschouwd. “Het blijven natuurlijk terroristen”, aldus de VN-baas.