Het door Nederland opgerichte Global Center on Adaptation (GCA) in Rotterdam heeft in de afgelopen jaren zijn eigen prestaties overdreven om subsidies te verkrijgen, zo blijkt uit recent onderzoek.
Het centrum beweert tientallen miljoenen levens in Afrika te verbeteren en grote investeringen in gang te zetten, maar experts en betrokken donoren stellen dat de rol van GCA in projecten beperkt is en dat het vaak gebruikmaakt van investeringen van anderen om zijn impact te vergroten. Zo claimde het centrum onterecht betrokken te zijn bij een Wereldbankproject van 100 miljoen dollar in Congo. Ondanks kritiek en twijfel van donorlanden zoals Noorwegen en Denemarken, bleef Nederland de subsidies verstrekken tot de recentelijke beslissing om de geldkraan dicht te draaien vanwege het aflopen van projecten.
Meerdere oud-medewerkers bevestigen dat er interne druk was om resultaten op te blazen. Het GCA erkent dat de eigen rol soms klein is, maar stelt dat zijn bijdragen wel grote investeringen op gang brengen. De controverse roept vragen op over de transparantie en effectiviteit van het klimaatcentrum.
