Klimaatcommissaris Wopke Hoekstra ondervindt flinke tegenstand tegen zijn voorstel om de broeikasuitstoot binnen de EU in 2040 met 90 procent te verminderen ten opzichte van 1990.
Diverse lidstaten, waaronder Duitsland, Frankrijk, Italië, Polen, Hongarije en Tsjechië, uiten kritiek en willen het plan uitstellen of verzachten. Hoewel Hoekstra de mogelijkheid had ingebouwd om uitstootvermindering deels buiten de EU te realiseren, blijft het draagvlak beperkt. Nederland steunt het voorstel wel.
De komende EU-top in oktober zal regeringsleiders en staatshoofden bijeenbrengen om over de plannen te debatteren. Een beslissing wordt waarschijnlijk weer overgelaten aan de klimaatministers, waarbij voldoende steun eenvoudiger te verkrijgen is dan bij unanimiteit van regeringsleiders. De vertraging kan ertoe leiden dat het voorstel wordt afgezwakt, bijvoorbeeld door ruimere regels of een lager ambitieniveau dan de voorgestelde 90 procent.
De onzekerheid rondom het doel van 2040 bemoeilijkt ook het vaststellen van een tussentijds klimaatdoel voor 2035, dat de EU moet presenteren op de COP 30-klimaattop in Brazilië. Voorstanders vrezen dat de EU hierdoor haar voortrekkersrol op het gebied van klimaatbeleid verliest. De tijd dringt, want naast de EU-landen moet ook het Europees Parlement nog instemmen met de plannen, waar eveneens weerstand tegen bestaat.
