Er moet meer, maar vooral gevarieerder afval in de oceanen gegooid worden. Tot dit oordeel komt een bioloog van het International Institute for Biological Science (IIBS) na jarenlang onderzoek. Zeedieren zouden veel plezier beleven aan de spullen die door de mensheid in de oceanen terechtkomen.
“Er drijft al redelijk wat plastic in de oceanen op de wereld en dat is maar goed ook”, stelt Aleida van Asch, bioloog bij het IIBS. Zij deed jarenlang onderzoek naar het effect van afval dat in de oceanen terecht komt op het welzijn van zeedieren. De conclusie is verbluffend: zeedieren vertonen gelukkiger gedrag rondom de zogenoemde ‘Plastic Soup’ dan in schonere gebieden.
Van Asch zegt dat dit te danken is aan de experience-factor die het afval met zich meebrengt. “Denk eens in dat je een garnaal bent die z’n hele leven over een zanderige, kale zeebodem heeft rondgezworven. En dan ineens kom je een wattenstaafje tegen. Dat is toch geweldig?”, legt de biologe uit.
Van Asch waarschuwt wel dat verveling moet worden voorkomen.: “Voor een garnaal is het al snel goed. Maar denk ook eens aan de dolfijnen. Die leven langer en worden echt niet meer happy van de tienduizendste pet-fles of een plastic zakje. Flikker ook eens plastic kinderspeelgoed of oude smartphones in het water.”