COEVORDEN - Uit onderzoek van de Universiteit van Meppel blijkt dat ruim 24 procent van de Nederlandse bevolking zich identificeert als extreem complotdenker. Extreme complotdenkers staan erom bekend dat zij het reguliere complotdenken ontstijgen door hun achterdochtige en paranoïde levenshouding niet meer te projecteren op externe zaken, maar op zichzelf en hun binnenwereld. Erik Rokkema (43) uit Coevorden is zo’n extreem complotdenker die nog maar weinig gelooft van de complottheorieën die hij er in het verleden allemaal op nahield.
“Jarenlang heb ik de wereld bekeken vanuit de ogen van een normale complotdenker”, bekent Erik. “Zo was ik ervan overtuigd dat de aarde plat is, dat Ecuador een verzonnen land is en dat politici allemaal satanisten zijn die babybloed drinken. Ik ging volledig mee in al die complotten, omdat ze buiten mezelf lagen. Maar toen ik er langer over na ging denken, besefte ik dat er iets niet klopte. Ik stelde mezelf de vraag: wat nou als de neuronen in mijn brein stiekem samenwerken om mij de illusie te geven dat deze complotgedachten waar zijn? Dan zit ik dus gewoon mezelf voor de gek te houden! Vanaf dat moment werd ik kritischer op mijn complottheorieën en besloot ik de een na de ander overboord te gooien. Wie weet is de aarde wel gewoon een bol, ik sluit niets meer uit.”
Andrea Voorvoet (46), psychologe aan de Universiteit van Meppel, legt uit dat extreme complotdenkers vaak gaan redeneren zoals mensen die zich nooit met complottheorieën bezig hebben gehouden: “Echter hebben extreme complotdenkers dit zelf niet altijd door. Dit komt doordat zij in tegenstelling tot complotvrije mensen de neiging hebben om hun goed functionerende hersenen te wantrouwen en de logische gedachten die hieruit voortvloeien te bestempelen als manipulatief of twijfelachtig. Zelf probeer ik extreme complotdenkers daarom altijd te bekrachtigen in dit innerlijk wantrouwen, zodat zij nog achterdochtiger worden jegens hun brein en hun disfunctionele gedachten vanzelf ombuigen naar functionele, heldere gedachten. Omgekeerde psychologie noemen wij dat.”