Op het partijcongres in Rotterdam waarschuwde D66-leider Sigrid Kaag al: “Iedereen gaat de recessie voelen”. Zelf is de politica geen uitzondering. Inmiddels heeft ze allerlei maniertjes gevonden om de zware economische tijden te overleven.
Eigenlijk zou het gesprek met Kaag plaatsvinden in een Haags grand café, maar enkele uren voor onze afspraak wijzigt ze de locatie. Kaag spreekt liever af in een vestiging van Albert Heijn. “Hier mag je gratis een kopje koffie pakken. Scheelt toch weer drie euro”, zegt ze. “Mijn boodschappen doe ik hier niet hoor. Te duur. Ik haal alles bij de Aldi.”
Op het D66-congres in Rotterdam zei u dat iedereen de recessie gaat voelen. Geldt dat ook voor u? “Ja, zeker. Als ik in de supermarkt loop, zie ik duidelijk dat alles duurder is geworden. En ik kan niet meer zomaar alles kopen wat ik wil. Laatst wilde ik nieuwe schoenen kopen, maar toen dacht ik: nee, Sigrid, die oude kunnen nog best een paar jaartjes mee.”
Hoe gaat u zelf om met de huidige economische situatie? “Ik doe maar één keer per week boodschappen. Zo kom ik niet steeds in de verleiding om dingen te kopen die ik eigenlijk niet nodig heb. Voordat ik naar de winkel ga, heb ik alle folders al uitgeplozen. Als iets in de aanbieding is, leg ik een voorraadje aan. Op jaarbasis kun je zo flink besparen. Luxe dingen, zoals koekjes, koop ik alleen als ze in de aanbieding zijn.”
U houdt toch al niet zo van luxe hè? “Nee, dat past niet bij me. Ze noemen me nu minister, maar ik ben ook maar een doodgewone vrouw. Al die poeha, daar moet ik niks van hebben. Geef mij gewoon een boterham met pindakaas en ik ben al gelukkig. Vanwege veiligheidsregels moet ik vaak met een privévliegtuig reizen, maar het liefst zou ik gewoon mijn oude Toyota pakken.”