LELYSTAD - In Flevoland wordt gewerkt aan nieuwe windmolens die niet meer permanent bewoond hoeven worden. De nieuwe, onbemande windmolens kunnen grotendeels zelfstandig energie opwekken.
Nederland telt zo’n drieduizend windmolens en het worden er steeds meer. Toch weten maar weinig mensen wie er in die kleine cabines van de molens wonen. Cor Wijzeman (58) is één van de windmolenaars in Flevoland. Hij woont en werkt al bijna dertig jaar op 120 meter hoogte.
“Veel mensen weten niet eens dat we er zitten”, grinnikt Wijzeman. “Het werk in een windturbine is zwaar en eentonig. Bovendien zijn de cabines erg klein. Het woongedeelte op die paal is maar een paar vierkante meter. Niet iedereen kan daar tegen. Als je claustrofobisch bent, of hoogtevrees hebt, dan moet je niet in een windmolen gaan wonen.”
Wijzeman komt uit een echte molenaarsfamilie. “Mijn grootvader was al molenaar. Hij maalde graan en mosterd. Nu wordt in windmolens alleen nog energie opgewekt. Ik ben al vanaf mijn zestiende windmolenaar en woon sinds 1995 in deze cabine langs de Afsluitdijk. Het is een eenzaam beroep. Bezoek komt er nauwelijks. Dat past er trouwens niet eens in.”
De vraag is hoe lang het werk van Wijzeman nog bestaat. In de toekomst zijn windmolens waarschijnlijk onbemand. Windmolenaars zoals hij zijn dan niet meer nodig. “Ik zou het jammer vinden als dit vak verdwijnt”, zegt hij. “Bovendien zou ik het raar vinden als deze cabines straks allemaal leeg komen te staan. Er zijn genoeg jongeren die zitten te wachten op woonruimte. Laat hen dan hierin wonen! Jonge mensen hebben nog sterke benen. Al die trappen zijn voor hun geen probleem.”
