
ALKMAAR - Ter gelegenheid van Sint Maarten trokken kinderen in grote delen van Nederland dinsdagavond opnieuw langs de deuren om snoep op te halen. Opvallend is dat deze snoepcollecte amper twee weken na Halloween plaatsvond – een teken dat het suikertekort bij Nederlandse kinderen groot blijft.
Volgens pedagoog Gerard Zilver is het zorgwekkend dat deze snoeprondes nog steeds nodig zijn. “Het is schrijnend dat kinderen in een welvarend land als Nederland hun suikerbehoefte buiten de deur moeten vervullen”, zegt hij. “We hebben het over een samenleving waarin ouders met gemak dertig soorten ontbijtgranen kunnen kopen, maar waarin kinderen blijkbaar toch op straat moeten bedelen voor een handje Haribo.”
Zilver wijst erop dat suiker een essentieel onderdeel is van de kinderlijke ontwikkeling. “Sint Maarten was nu toevallig de aanleiding, maar het onderliggende suikertekort bestaat natuurlijk het hele jaar door”, legt hij uit. “Een constante toevoer van snelle suikers houdt het energieniveau hoog en de aandachtsspanne kort. Als ouders thuis onvoldoende snoep geven, dan is het logisch dat kinderen op zoek gaan naar externe snoepverstrekkers.”
De pedagoog pleit daarom voor structurele maatregelen: “We moeten naar een model waarin elke ouder dagelijks minimaal drie suikerbronnen aanbiedt: iets vloeibaars, iets plakkerigs en iets met kleurstoffen. Dat voorkomt dat kinderen door weer en wind moeten om te gaan schooien bij vreemden.”

