Tanja van Oers woont al ruim dertig jaar in een rijtjeshuis. Talloze pogingen om uit haar uitzichtloze situatie te ontsnappen zijn mislukt. “Er zijn dagen dat ik dood wil”, zegt de 52-jarige administratief medewerkster.
Een rijtjeshuis met drie slaapkamers, een badkamer en een kleine berging. Meer is het niet. Tanja belandde er in 1988 per toeval. “Ik ging er altijd vanuit dat het tijdelijk zou zijn, maar ik zit er nog steeds”, zucht ze.
“Ik heb al zo vaak geprobeerd om hier weg te komen. Ik wil een echt huis, vrijstaand, waar ik op een menswaardige manier kan leven. Weg uit deze hel. Drie jaar geleden lukte het bijna, maar ik kreeg de hypotheek niet rond.”
Ondanks haar situatie probeert Tanja er het beste van te maken. “Gelukkig heb ik vrienden bij wie ik af en toe mag logeren. Daar geniet ik dan intens van. Maar uiteindelijk moet ik toch weer terug naar mijn rijtjeshuis. Langzaam verlies ik de hoop. Ik ben bang dat ik de rest van mijn leven in een rijtjeshuis moet blijven. Soms denk ik: was ik maar dood.”
Tanja wil graag in contact komen met andere mensen in een rijtjeshuis.