In Tanzania zijn honderden mensen aangeklaagd voor verraad na dodelijk geweld en grootschalige arrestaties rond de presidentsverkiezingen eind oktober.
Bij deze verkiezingen waren de grootste oppositiepartijen uitgesloten, waarmee de zittende president Hassan meer dan 97 procent van de stemmen kreeg. Zowel het Europees Parlement als de Afrikaanse Unie noemden de verkiezingen oneerlijk en betwijfelden de geloofwaardigheid van de uitslag. De autoriteiten zijn actief op zoek naar invloedrijke oppositieleden, waaronder leiders van de belangrijkste oppositiepartij Chadema.
Partijleider Tundu Lissu zit al maanden vast, beschuldigd van landverraad. De politie en het leger voeren een klopjacht uit op iedereen die betrokken zou zijn bij het organiseren van de demonstraties tegen verkiezingsfraude. De veiligheidsdiensten sloegen de protesten hard neer, waarbij mogelijk meer dan duizend mensen omkwamen.
Mensenrechtenorganisaties melden dat veel slachtoffers schotwonden in borst en hoofd hadden, wat wijst op dodelijk geweld. Ondanks internationale kritiek ontkent de Tanzaniaanse regering de beschuldigingen en heeft president Hassan zijn ambt aanvaard.
