In het hoger beroep van het Marengo-proces is het niet gelukt om nieuwe advocaten te vinden voor Ridouan Taghi.
Twee geïnteresseerde kandidaten vielen af: een voldeed niet aan de minimale kwalificaties, de ander stond niet vrij vanwege mogelijke belangenconflicten. Pogingen met andere advocaten leidden eveneens tot niets, waardoor de situatie uniek is volgens het gerechtshof Amsterdam. Dit is de eerste keer dat alle strafrechtadvocaten in Nederland zijn benaderd om een verdachte te vertegenwoordigen, maar niemand bereid of geschikt bleek.
Het Dekenberaad, verantwoordelijk voor het vinden van nieuwe advocaten, blijft zonder verdere opties. Het proces ligt stil sinds de laatste advocaten van Taghi stopten, mede nadat één ervan werd gearresteerd op verdenking van het doorgeven van boodschappen. Het hof heeft een extra zitting gepland om met Taghi te praten over de ontstane situatie en moet bepalen hoe het verder gaat.
Taghi suggereerde zelf dat hem verplicht een advocaat toegewezen zou moeten worden, maar het hof kan dit niet zelf regelen; mogelijk doet de Raad voor Rechtsbijstand dat wel. Het Openbaar Ministerie noemt het ontbreken van een advocaat onwenselijk en zal dit nader bespreken.
