De Dikke Van Dale presenteert met trots een uitbreiding van onze Nederlandse taal. Waar mensen elkaar tot voor kort ziektes als tyfus en tering toewensten als ze een ruzie hadden op achterbuurtniveau, wensen ze elkaar nu corona toe.
Coronalijer, coronawijf en coronalul zijn sinds kort populaire woorden om aan te duiden dat iemand niet sympathiek bevonden wordt. Dit vocabulaire is sterk in opkomst onder jongeren van VMBO-niveau, MBO-niveau en uiteraard in vele volksbuurten. In Almere is corona inmiddels een belangrijk onderdeel van het scheldvocabulaire.
Henk Jansen (66), Hoogleraar Nederlands aan de universiteit van Enkhuizen, verklaart de plotselinge opkomst van de nieuwe woorden: “Onze taal is voortdurend onderhevig aan verandering en uitbreiding. Onze taal speelt heel natuurlijk in op de actualiteit. De emoties die horen bij aangrijpende gebeurtenissen willen we uiten. Zo ontstaan geheel nieuwe woorden. Wanneer u enkele maanden geleden iemand uitschold voor coronahoer, keek iedereen u vreemd aan. Nu weet men precies wat u bedoelt.”