UTRECHT - Het gaat niet goed met de natuurbestrijding in ons land. Dat blijkt uit een rapport van instituut Slingenberg. Ondanks maatregelen van het kabinet blijft ons land hinder ondervinden van natuurelementen, zoals bijvoorbeeld de wolf.
“Op de Utrechtse Heuvelrug, maar ook in Drenthe en Gelderland zijn wolven gezien. Dat zijn dieren waar we bijna tweehonderd jaar geen last van hadden. Dat ze nu ineens terugkeren, geeft aan dat het natuurprobleem veel groter is dan tot nu toe werd aangenomen”, zegt natuurdeskundige Ron Opstichter.
“De terugkeer van de wolf toont aan dat de natuur hardnekkiger is dan we dachten”, vervolgt Opstichter. “Vanaf de jaren ’50 zijn plant- en diersoorten met succes bestreden, maar de laatste jaren loopt de biodiversiteit weer op. Als we echt definitief willen afrekenen met de natuur, dan zijn veel hardere maatregelen nodig.”
De verantwoordelijkheid ligt volgens Opstichter niet alleen bij de overheid, maar ook bij bedrijven. “De stikstofuitstoot van de veehouderij is volstrekt onvoldoende om de natuur op een efficiënte manier te decimeren”, aldus Opstichter. “Daarnaast hebben bedrijven als Tata Steel recentelijk allerlei filters geïnstalleerd om de uitstoot te beperken. Die maatregelen zijn ongetwijfeld goed bedoeld, maar feitelijk speel je de natuur hiermee alleen maar in de kaart.”