Steeds minder werklozen stromen van een WW-uitkering door naar de bijstand. Dat blijkt uit cijfers van het CBS. Een zorgwekkende ontwikkeling, vindt uitkeringscoach Karlijn Ophever.
Een WW-uitkering is bedoeld om de eerste periode van werkloosheid te overbruggen. Daarna stroomt de werkloze door naar een bijstandsuitkering. Tenminste, dat is de bedoeling. Want steeds minder Nederlanders zien hun toekomst in de bijstand. Vorig jaar ontvingen slechts 394.000 mensen een bijstandsuitkering, het kleinste aantal in tien jaar.
“Langdurig thuiszitten voorkomt dat mensen moe of zelfs overspannen raken. Toch lukt het lang niet iedereen om gedurende langere tijd in de uitkering te blijven hangen. We zien helaas dat veel mensen na een tijdje toch weer aan het werk gaan. Het sociale stelsel wordt dus steeds minder benut”, legt uitkeringscoach Karlijn Ophever uit.
“Wie op de bank blijft zitten, heeft in principe tot aan het pensioen recht op bijstand”, weet Ophever. “Maar het lukt uitkeringsinstantie UWV maar niet om mensen vast te houden. De verleiding om weer aan het werk te gaan is kennelijk toch te groot. Zonde, want op die manier lopen ze hun bijstandsuitkering mis.”
