UTRECHT - Nederlandse kinderen in de leeftijd van 0 tot 6 jaar weten veel te weinig over de situatie in het Midden-Oosten. Volgens de bekende Utrechtse pedagoog Gerard Zilver komt dat voornamelijk door de ouders.
“De cijfers liegen er niet om”, aldus de pedagoog. “Ruim 92 procent van de Nederlandse kleuters kan niet in een paar zinnen uitleggen wat er momenteel in het Midden-Oosten gebeurt. Tegelijk weten ze wél veel te vertellen over speelgoed en Bob de Bouwer. Het is evident dat kinderen te veel aandacht hebben voor onbelangrijke randzaken.”
Volgens Zilver ligt de schuld vooral bij de ouders: “Het probleem is dat kinderen ’s avonds nauwelijks voorgelezen worden over het Israëlisch-Palestijns conflict en de uitbreiding van het geweld naar Libanon en Iran. Er zijn maar heel weinig ouders die voor het slapengaan nog even bij het kind op de rand van het bed komen zitten met de krant. Te vaak geven ouders de voorkeur aan eenvoudig voorleeswerk over Woezel & Pip en Rupsje Nooitgenoeg. Dat is natuurlijk lekker makkelijk, maar er ontstaat zo wel een hele generatie kleuters die de situatie in het Midden-Oosten niet kan duiden.”
