Een bombardement van een Nederlandse F-16 in Irak heeft aan zeker 70 burgers het leven gekost. Het Nederlandse gevechtsvliegtuig heeft een complete wijk in de stad Hawija verwoest. Dat melden lokale bronnen. Van een lokale autobommenfabriek bleef vrijwel niets over.
Volgens de NOS zou de aanval al hebben plaatsgevonden in 2015, maar komen nu pas de bloedige details van de Nederlandse aanval naar buiten. De autobommenfabriek verloor bij de aanval in één klap bijna al het personeel. Het bombardement betekent een zware slag voor de autobommenbranche. De fabriek was één van de grootste autobommenproducenten ter wereld.
Mohammed El-Toustani was directeur van de autobommenfabriek. Hij zit sinds het bombardement in de ziektewet. Hij raakte niet gewond, maar hij is er psychisch slecht aan toe. “In 1988 nam ik het bedrijf over van mijn vader”, vertelt hij. “In de jaren daarna nam de internationale vraag naar autobommen enorm toe. Daardoor kon het bedrijf groeien. Ons bedrijf had vlak voor het bombardement nog een grote investering gedaan. Alle machines waren gemoderniseerd. Daardoor konden we ook autobommen plaatsen in elektrische en hybride voertuigen. Die zijn beter voor het milieu. We hadden net een grote order binnengehaald vanuit Afghanistan. En toen kwam die Nederlandse F-16.”
Het bedrijf is inmiddels begonnen met de wederopbouw, maar er is nog een lange weg te gaan. “De technische tekeningen zijn bewaard gebleven, maar het machinepark is helemaal verwoest”, zucht El-Toustani. “Volgende maand hopen we onze eerste productielijn weer te kunnen opstarten. Je moet toch door.”