AMSTERDAM - Een groep fanatieke pepernotenliefhebbers heeft deze week opgeroepen tot een boycot van kruidnoten, die volgens hen de traditionele pepernoot steeds verder uit het straatbeeld verdringen. “Dit is geen kinderfeest meer, dit is oorlog”, brieste woordvoerder Mart Steuffel, oprichter van de actiegroep Echte Peper, Geen Kruiderij (EPGK).
Volgens Van der Peper begon het allemaal onschuldig: “Een paar kruidnoten hier en daar, prima. Maar tegenwoordig liggen die dingen al in augustus in de supermarkt, terwijl de pepernoot zieltogend in een hoekje ligt te verpieteren.”
De actiegroep stelt dat kruidnoten een modern, commercieel product zijn dat niets te maken heeft met het traditionele Sinterklaasfeest. “De echte pepernoot is vierkantig, een beetje taai, en smaakt zoals de herfst ruikt”, legt Steuffel uit. “Kruidnoten zijn gewoon goedkope speculaasbolletjes in vermomming. Het is pure culturele kaalslag!”
Veel Nederlanders blijken echter niet eens te weten dat er een verschil is tussen de twee lekkernijen. Dat is volgens de actiegroep geen toeval: “De kruidnotenlobby heeft jarenlang achter de schermen gewerkt om pepernoten uit het collectieve geheugen te wissen.”
Foto: Donald Trung Quoc Don Wiki Commons / CC BY-SA 4.0
De strijd tussen peper- en kruidnotenliefhebbers heeft inmiddels ook social media bereikt. Op X (voorheen Twitter) vliegen beide groepen elkaar met de hashtags #TeamPepernoot en #TeamKruidnoot in de haren, waarbij de discussies soms hoog oplopen. Een gebruiker schrijft: “Als je kruidnoten eet, ben je gewoon een verkapte kerstfan, geen Sinterklaasfan. #verraad” terwijl een ander reageert: “Pepernoten smaken naar stof, ga huilen met je traditie.”
De EPGK is vastbesloten de pepernoot te redden. Naast de boycot van kruidnoten organiseren ze dit jaar voor het eerst pro-pepernootdemonstraties, compleet met spandoeken waarop staat: “Sinterklaas kiest peper!” en “Nee tegen kruidnoottirannie!”. Ook eisen ze van supermarkten dat pepernoten weer een prominente plek krijgen in het schap. “Een aparte hoek, met bordjes erbij zodat mensen het verschil leren. Dat is niet meer dan redelijk.”
